In een zomervakantie die ze bij voorkeur achter de gesloten luxaflex van haar slaapkamer doorbrengt, krijgt Ditte Persoon te horen dat haar oude tante Dora – ‘half Indisch van geboorte, maar Hollandse van afkomst’ – is gestorven.
Ditte heeft deze tante nauwelijks gekend. En de man die naar haar woonplaats Nijmegen is afgereisd om haar dit bericht te brengen, heeft ze in haar jeugd slechts ‘gekend’ als de pleegzoon van deze Indische tante. Waarom verloopt de ontmoeting tussen Carel en Ditte zo ongemakkelijk? Wat voor Ditte als kind een grote rol speelde, was haar hang naar een ordentelijke familiegeschiedenis:
“(…) uiteindelijk wilde ik dat al mijn vragen samen met hun antwoord over brede, lommerrijke lanen wandelden en deze kwamen op de naakte waarheid uit.”
Recensies
“Ze schrijft met een vergrootglas zodat de miniemste huiselijke woorden en voorvallen uitgroeien tot bijzonderheden. De vertrouwdheid, vreemdheid en schaamte worden er effectief mee opgeroepen. En bezworen.”
Carel Peeters – Vrij Nederland
“De ontreddering waaraan het gezin ten prooi is door de geestelijke afwezigheid van de vader, wordt door Smabers geestig, maar ook ontroerend onder woorden gebracht.”
Janet Luis – NRC Handelsblad
“De novelle heeft meer dan genoeg rijkdom aan verbindingen van beelden en betekenissen en van spiegelingen om een forse roman – zo”n ouderwetse familiekroniek – te vullen. Nicolette Smabers is het er juist om te doen zoveel mogelijk weg te laten en alleen die woorden en beelden over te houden die en de rijkdom aan betekenissen en het vermoeden van alles wat daar achter ligt in zich dragen. Zij geeft ze de lezer de suggestie dat alles in het verhaal zit.”
Ton Verbeeten – De Gelderlander